Het geroddel van maandagavond was vermoeiend en dus slapen de bewoners lang uit. Rond half elf komt er eindelijk wat leven in. Het is mooi weer, en na een vluchtig ontbijt gaan degenen die wakker zijn, lekker in het zonnetje liggen. Ruud komt met z’n ontbijtje de tuin inlopen. De kippen rennen er hongerig achteraan. “Oprotten!”, roept Maurice. Duidelijk geen dierenvriend. We hebben hem al vaker stiekem de kippen zien schoppen. Sabine en Mona wringen de was uit. Sabine moet erg hard lachen om de onhandigheid van Mona, die voor de tweede keer een schone witte onderbroek in de kippenstront laat vallen. Sabine lijkt nu wat bijgetrokken, want toen Bart haar eerder op de dag wilde helpen, was ze wat minder aardig. “Ja hallo, ik heb geen twee linkerhanden ofzo. Ik kan het heus wel”, mopperde ze toen Bart zijn diensten aanbood. Nadat ook de volgende poging van Bart bruut de kop werd ingedrukt, droop hij teleurgesteld af.
Mona is in een huishoudelijke bui, want na de was is de afwas aan de beurt. Als Ruud langskomt, zet hij de muziek van het Big-Brother lied weer op. Willem en Mona zingen enthousiast mee terwijl ze de vieze borden en kopjes te lijf gaan. Zo wordt afwassen nog leuk. Willem en Bart gaan ondertussen verder met het oefenen van de weekopdracht. Willem houdt de bal goed hoog, en de gekleurde balletjes van Bart vliegen in een gelijkmatig tempo door de lucht. Als Maurice opmerkt dat ze het al een behoorlijke tijd volhouden, gaat hij snel beginnen met opdrukken. Willem laat de bal pas op het gras vallen na 183 keer hooghouden. Ook Ruud doet nu mee. Hij houdt de halter met de gewichten recht voor zich uit. De rest kijkt geamuseerd toe hoe lang hij het volhoudt.
Ruud en Willem zijn zo blij als een kind met hun nieuwe voetbal. Ze halen allerlei herinneringen op over voetbalwedstrijden van wel drie jaar geleden. De anderen hangen een beetje in de tuin rond, Karin met Maurice, Sabine met Bart. Een Ultra-Light-vliegtuigje komt de rust verstoren. Na een paar rondjes heeft de piloot het wel weer gehad en vertrekt. De bewoners bestaan echt, hoera! Handyman Maurice slaat vandaag weer eens toe in de badkamer, waar hij een lekkende douchecabine probeert te repareren. “Eens kijken, of er al vloedgolven onder de wand door komen”, roept Maurice tegen zijn assistente Karin. Die verveelt zich een beetje. “Er komt nog niks”, constateert ze droogjes. Maar dat verandert snel als ze zo met haar kleren aan onder de koude douche stapt. Maurice kan nog net zijn lachen inhouden en troost haar zo goed als hij kan. Willem maakt een kapitale fout als hij zijn versgemaakte bouillon wil zeven. Hij giet het zo door de gootsteen. “Bij een examen had ik een leerling daarop kunnen laten zakken”, bekent hij. Zelfs de maestro heeft wel eens een off-day.
Woensdagavond blijven de bewoners na het eten in de keuken hangen. Het is kaartavond en ze spelen de hele avond door. Alleen het kaarten zelf is onderwerp van gesprek. Rond een uurtje of twaalf stoppen de meesten. Sabine, Bart en Mona gaan nog even door in de huiskamer. Ruud krijgt niet genoeg van het nummer van George Baker en speelt ‘Green little Bag’ nog een paar keer. Daarna vertrekt ook hij naar de slaapkamer om wat te lezen. De rest volgt zijn voorbeeld. Sabine, Bart en Mona gaan nog even door met pesten (kaarten) in de huiskamer. Deze ‘die-hard’ kaartverslaafden zijn niet te stuiten als ze eenmaal op gang zijn.
Als ook Mona het voor gezien houdt, blijven Sabine en Bart achter in de woonkamer. Ze kruipen tegen elkaar aan op de bank en omhelzen elkaar innig. Sabine heeft het echter snel gehad en wil naar bed. “Zo, ik ga slapen”, zegt ze tegen Bart en geeft hem een dikke kus. Bart denkt er duidelijk anders over en trekt Sabine stevig tegen zich aan. Zij blijft nog even liggen maar wekt niet de indruk dat ze het net zo gezellig vindt als Bart. Dan stormt Mona de huiskamer binnen. Maurice en Karin liggen in één bed en dat was niet afgesproken. “Dan mogen jullie het ook”, zegt ze tegen Bart en Sabine. Bart grijnst tevreden. Sabine laat echter direct merken wat ze deze nacht van plan is. “Ik ga op tijd slapen.”