Prive week 48 27 november 1999
‘ IK VERWAARLOOS MIJN GEZIN NIET!’
“Nee, mijn moeder is er niet, ik ben ook pas net thuis van mijn werk. Ik sterf van de honger, maar de koelkast is helemaal leeg. Dus ze zal wel naar Albert Heijn zijn….Hoop ik! zegt Hummie’s 23-jarige zoon Mars. Hij is als productiemedewerker betrokken bij het Big Brother-huis-project. “Het is een fantastische klus. Ik zorg ervoor dat alle spullen in het huis komen. Het is ongelooflijk zoals Nederland meeleeft. Neem nou die cadeautjes-actie van de bewoners deze week. Ik hoefde maar een kik te geven en het hele bedrijfsleven bood spontaan alle medewerking aan. Voor Big Brother staat iedereen klaar!” vertelt Mars die in zijn enthousiasme even zijn honger vergeet.
Een half uurtje later zegt Hummie’s vriend Bert:” Nee, Hummie is er niet. Ja, Mars en ik zijn weer alleen. Ik word ook verwaarloosd. Ze is nu bij haar moedertje, dat moet wel hoor, want die vindt ook dat zij enorm verwaarloosd wordt. dus het zal wel laat worden vanavond. Geen idee hoe laat ze thuis komt. Als Hummie zegt:” Ik ben onderweg”, dan weten we ongeveer hoe laat ze binnenkomt. Maar als ze zegt:” Ik ben zo terug, ik blijf maar eventjes”, dan loopt het meestal wel uit..”
“Welnee, ik verwaarloos ze helemaal niet. Hoe komen die schatten er toch weer bij? Als Mars zegt dat de koelkast leeg is weet hij dat deze ook zo weer vol komt.Zo is dat!” reageert Hummie geruststellend. Klopt het dat een vorige bewoner weer kan opgenomen worden in het huis? “Ja, dat heb je goed gehoord. Maar, dat mag alleen een oude inwoner zijn die niet vrijwillig is weggegaan. Dus het is absoluut niet mogelijk dat bijvoorbeeld Mona terugkomt. Maar ook Tara of Bianca niet, begrijp je wel? Maar dus wel Martin of Sabine”, zegt Hummie op een toon die meer verraadt dan ze wil zeggen. “Het is weer een enige week geweest”, vervolgt de bezige hoofdredacteur. “Je moet ook weten dat we de afgelopen dagen handenvol werk hebben gehad om alle schenkingen van het Nederlandse bedrijfsleven, fabrikanten en uitgeverijen te verwerken. Zo ongeveer iedereen die we beschikbaar hadden heeft er aan mee moeten werken. De reacties op het idee van de bewoners om 1000 pakjes voor kinderen in ziekenhuizen en andere instellingen te maken waren ongelooflijk hartverwarmend. Al vraag ik me af of onze bewoners op tijd klaar komen, want het is wel heel erg veel. Ze zijn er nu dag en nacht mee bezig. Het zou jammer zijn als ze het niet redden. Hulp van buitenaf is absoluut niet toegestaan, dat weet je toch? Nee, ook niet stiekem!”