Het is elf uur voordat de meeste bewoners uit hun bed zijn. Karin en Maurice liggen samen in bed en zijn nog lang niet van plan om op te staan. Bianca zit met een Tina Turner-achtige haardos aan tafel en ook Willem ziet er uit alsof hij midden in de nacht uit z’n bed is gesleept. Na het eten verdwijnt Ruud in de dagboekkamer. Na het verhaal over de eerste ontmoeting met zijn vriendin, vertelt Ruud dat hij zich kiplekker voelt. “Sinds Mona er is, merk je dat de groep naar elkaar toe getrokken is. Dat krijg je als je op een klein oppervlak met elkaar samenleeft. Je krijgt een hele intieme relatie met elkaar, dat kan niet anders. Ik vind het net een soort vakantie.” Hij vond het rollenspel van gisteren ook heel erg leuk. “Het is wel confronterend dat mensen je blijkbaar zo zien, maar ik vond dat Maurice mij voortreffelijk nadeed. Ik vond het niet heel verrassend. Ik ben nou eenmaal niet zo makkelijk in een hokje te plaatsen. Ik ben een beetje een buitenbeentje, dat merkte ik gisteren ook toen Maurice mij nadeed. Ik probeer gewoon mezelf te zijn, anders val je vroeg of laat toch door de mand. De eerste week speelden sommigen mensen toneel, maar nu begint iedereen zichzelf te worden. Ik had dat eerst ook met Bianca, maar mijn mening over haar heb ik nu helemaal herzien.” Eenmaal terug aan de keukentafel bespreken Ruud en Willem hun slechte eigenschappen met elkaar. “Ik merk vaak dat ik niet goed genoeg nadenk voordat ik iets zeg”, bekent Ruud. “Dat ik alleen maar flauwe opmerkingen zit temaken.” “Nee, dat ben ik helemaal niet met je eens”, antwoord Willem, als iemand vijf minuten met jou praat, merkt diegene gelijk dat jij juist heel gevoelig en emotioneel bent. Ik heb het zelf ook.
Ik moet leren om tot tien te tellen en soms zelfs wel eens tot twintig. Hier ben ik misschien heel gereserveerd, maar thuis kan ik best wel hard en oordelend zijn. Dat is echt een slechte eigenschap van mij.” Tsja. Overpeinzend staren ze voor zich uit. Maar dan heeft Willem ineens een leuk plan voor vanavond. “Laten we ons allemaal netjes aankleden voor het avondeten”, stelt hij voor. “Wat moet ik dan aan”, vraagt Karin. “De tijgeroutfit,” luidt het antwoord. Sabine wil de Chinese jurk van Karin aan, maar hier wordt niet echt op gereageerd. We zullen zien of ze er vanavond nog aan denken, en hoe ze zich dan uitdossen.
Omdat Ruud morgen jarig is, besluiten de bewoners zichzelf op een speciale manier uit te dossen voor het avondeten. Als het eten niet speciaal is, dan de kleding maar. Karin heeft deze middag toch al een creatieve bui. Ze gebruikt één van de kamerplanten voor het maken van Romeinse lauwerkransen. Er lag nog wat ijzerdraad in de huiskamer, dus dit gebruikt ze om de bladeren in een juiste vorm te krijgen. Als Bart dit ziet, is hij er als de kippen bij. Hij pakt een tafelkleed en gebruikt dat als een Romeinse ’toga virilus’, een soort gewaad. Hij direct gelauwerd. De anderen zijn niet zo enthousiast en blijven rustig met elkaar praten. Mona heeft het hoogste woord. Het gesprek gaat over het imiteren van kleding door vriendinnen. “Als ik thuis zit en mijn vriendin komt langs en zij ziet er precies zo uit als ik, voel ik mij niet op mijn gemak.” Alleen Sabine reageert: “Ik heb er meer moeite mee als een vriendin het heel subtiel doet. Als zij bijvoorbeeld bepaalde uitspraken overneemt. Dat vind ik irritant.” Ruud is inmiddels vertrokken uit de woonkamer en gaat samen met Willem in de keuken staan. Willem gooit vanavond namelijk al zijn kookkunsten in de strijd voor het diner ter ere van Ruud. Mona ligt inmiddels te slapen op de bank.
De andere bewoners praten verder over striptease. “Ik snap niet dat mensen bijna vijfhonderd gulden uitgeven aan een show”, zegt Maurice. “Ik vind je echt een type voor een striptease”, grapt Bianca tegen hem. Zo wordt er over en weer gein gemaakt totdat het eten bijna klaar is. Als Bart al ruim een uur vrijwel naakt op de bank zit, volgen de anderen zijn voorbeeld en trekken ook een toga aan. Als zij ook nog een lauwerkrans op hun hoofd zetten is de toon gezet. Het feest is compleet. Een kwartier later zitten zij als ware Romeinen aan hun avondmaal. Hongerig beginnen de bewoners aan hun voorgerecht. Ruud en Willem hebben echt hun best gedaan want niemand praat onder het eten. Het enige wat er te horen is zijn de verschillende kreun- en gromgeluiden uit de keel van ‘wildeman’ Ruud. “Is er nog bier,”roept hij. Helaas hij zal het met wijn moeten doen vanavond. Aan het eind van het feestmaal gaat iedereen voldaan op de bank hangen.
De buikjes zijn weer vol maar de wijn is op. Als een blikseminslag bij heldere hemel volgt de oproep van Big Brother. Er staan vier flessen wijn klaar. Wat een geluk! Even later wordt er weer gedronken. De stemming is al snel weer uitbundig. De evergreens schallen door de huiskamer. Nog even en Ruud is jarig. Iedereen is na enkele glazen wijn al behoorlijk tipsy en de vraag is of de bewoners bij zinnen blijven. Al om 23.00 uur klinkt het ‘lang zal hij leven’ in het Big Brother-huis. Ruud houdt na dit gezang een emotionele toespraak. Het feest is begonnen!